In de jaarstukken legt het college verantwoording af. De begroting van het jaar 2021, inclusief de begrotingswijzigingen gedurende het jaar, is de basis voor deze verantwoording.
De jaarstukken zijn onderverdeeld in het jaarverslag en de jaarrekening. In het jaarverslag komt voornamelijk het beleidsmatige deel van de verantwoording naar voren. Het jaarverslag bevat de door de raad vastgestelde programma's en de (voorgeschreven) paragrafen, zoals genoemd in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). In de jaarrekening is de cijfermatige verantwoording opgenomen. Dit komt tot uiting in de balans en het overzicht van baten en lasten met de bijbehorende toelichtingen. Andere onderdelen zijn informatie omtrent de Wet normering topinkomens, de staat van investeringen met toelichting op de stand van zaken en de activiteiten van het afgelopen jaar, de SiSa-bijlage met de verantwoording over de besteding van specifieke uitkeringen en het overzicht van de gerealiseerde baten en lasten per taakveld.
Weergave
Getalnotatie
De lasten worden net als voorgaande jaren negatief aangeduid, dus met een minteken. De nadelen worden ook met een minteken geduid. Een nadeel of negatief verschil betekent dat er meer lasten of minder baten waren dan verwacht. Een positief bedrag of verschil wordt niet getoond met een plusteken.
Afrondingen
De cijfers voor de jaarstukken komen direct uit de financiële administratie. Daar staan bedragen genoteerd tot op twee cijfers achter de komma, een gebruikelijke manier van registreren. In dit boekwerk worden de bedragen afgerond op hele euro's.
Hierdoor kan het voorkomen dat als een tabel nageteld wordt, er minimale verschillen zijn (1 of 2 cijfers).
Verschillenanalyse
De verschillen tussen de ramingen van de gewijzigde begroting 2021 en de realisatie worden verklaard voor afwijkingen groter dan € 25.000.
In de toelichting op de verschillen wordt veelal het verschil verklaard door middel van grote onderwerpen. Hierdoor komt het voor dat de telling van de verschillende genoemde afwijkingen niet optellen tot het totaalbedrag van het verschil.
Wanneer in de verschillenanalyse een afwijking als structureel is beoordeeld, wordt dit expliciet in de toelichting vermeld. Alle overige afwijkingen zijn daarmee incidenteel. De structurele afwijkingen kunt u terugvinden in 'Samenvatting financiële uitkomst op hoofdlijnen'.
Toerekening BAR-bijdrage naar programma's
In nagenoeg elk programma wordt bij de toelichting op de verschillen het onderwerp 'Toerekening BAR-bijdrage naar programma's' genoemd. Dit is een wettelijke en budgetneutrale verdeling van de personeelskosten naar de verschillende taakvelden, zodat per taakveld de totale kosten zichtbaar zijn.
De verschillen ontstaan door een gewijzigde verdeling over de taakvelden gedurende het jaar.
Prestatie-indicatoren
Naast de 34 verplichte indicatoren zijn er nog 48 andere indicatoren opgenomen onder de programma's. Vele van deze indicatoren zijn opgenomen op de website Waarstaatjegemeente.nl. De waarden bij de indicatoren op de website worden aangepast wanneer nieuwe informatie bekend is. Hierdoor kan het voorkomen dat de waarde op de website en de waarde in het boekwerk van elkaar verschillen.
De indicatoren die genoemd worden in de programma's kennen verschillende bronnen. Een overzicht van internetlinks naar de bronnen vindt u in onderstaand lijstje.
Bron
BBV verplichte indicatoren
Burgerpeiling
Ondernemerspeiling
Lokale monitor Wonen
Gemeentelijke monitor Sociaal Domein
Na het klikken op een van de links hierboven kan het zijn dat er nog gekozen moet worden voor Ridderkerk.
De waarden die opgenomen zijn in de tabellen in de programma's hebben als peildatum 1 maart 2022. Op deze datum hebben wij de indicatoren het laatste bekeken en de waarden aangepast. Na deze datum kunnen de gegevens op de website Waarstaatjegemeente.nl gewijzigd zijn.
Per programma worden de prestatie-indicatoren weergegeven met een waarde voor het jaar 2021. Indien er voor het jaar geen gegevens bekend zijn, zal de laatst bekende waarden worden opgenomen. Het betreffende jaartal van de waarde wordt ook vermeld. In de bijlage Prestatie-indicatoren wordt een totaaloverzicht opgenomen van alle indicatoren met een waarde vanaf 2016, zodat een trend getoond kan worden. Indien er geen waarde is voor het jaar 2016 of later, dan wordt het jaartal van meten vermeld bij de waarde in het totaaloverzicht.