Indeling
De jaarstukken zijn onderverdeeld in het jaarverslag en de jaarrekening. In het jaarverslag komt voornamelijk het beleidsmatige deel van de verantwoording naar voren. Het jaarverslag bevat de door de raad vastgestelde programma's en de (voorgeschreven) paragrafen zoals genoemd in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). In de jaarrekening is de cijfermatige verantwoording opgenomen. Dit komt tot uiting in de balans en het overzicht van baten en lasten met de bijbehorende toelichtingen. Andere onderdelen zijn informatie omtrent de Wet normering topinkomens, de staat van investeringen met toelichting op de stand van zaken en de activiteiten van het afgelopen jaar, de SiSa-bijlage met de verantwoording over de besteding van specifieke uitkeringen en het overzicht van de gerealiseerde baten en lasten per taakveld.
Tekenduiding
De lasten zijn negatief opgenomen, dus met een minteken. In een kolom waar het saldo getoond wordt, krijgt een nadeel een min voor het bedrag. Een voordeel wordt zonder extra teken getoond.
Afrondingen
De cijfers die in deze jaarstukken zijn verwerkt, komen direct uit de boekhouding van de gemeente. Daar staan de getallen genoteerd tot op twee cijfers achter de komma. In dit boekwerk worden de cijfers afgerond op hele euro's. Hierdoor kan het voorkomen dat als een tabel nageteld wordt, er minimale verschillen zijn.
Toelichtingen
In de programma’s zijn toelichtingen geschreven voor de verschillen, groter dan € 25.000, tussen de gewijzigde begroting 2023 en de realisatie.
Wanneer in de verschillenanalyse een afwijking als structureel is beoordeeld, wordt dit expliciet in de toelichting vermeld. Alle overige afwijkingen zijn daarmee incidenteel. De structurele afwijkingen zijn opgenomen in het hoofdstuk Algemene toelichting.
Toerekening BAR-bijdrage naar programma's
In nagenoeg elk programma wordt bij de toelichting op de verschillen het onderwerp 'Toerekening BAR-bijdrage naar programma's genoemd. Dit is een wettelijke en budgetneutrale verdeling van de personeelskosten naar de verschillende taakvelden, zodat per taakveld de totale kosten zichtbaar zijn.
Prestatie-indicatoren
Sinds 2016 is de Regeling beleidsindicatoren gemeenten van kracht. In deze regeling zijn 39 indicatoren opgenomen, waarvan er door wettelijke aanpassingen nog 34 resteren. De zelf gekozen indicatoren worden niet meer ogenomen zoals besloten in de raadsvergadering van 18 april 2024.
Per prestatie-indicator wordt een waarde voor het jaar 2023 weergegeven. Dit is in veel gevallen het meest recente jaar waarvan cijfers bekend zijn. Indien er voor het jaar 2023 geen waarde bekend is, wordt de waarde van het laatst bekende jaar weergegeven. Dit is dan kenbaar gemaakt met het jaartal tussen haakjes. De peildatum voor de opgenomen waarden is 2 april 2024.