Paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer van de openbare ruimte en gemeentelijke gebouwen. Deze openbare ruimte bestaat uit kapitaalgoederen. Dit zijn wegen, openbare verlichting, riolering, civiele kunstwerken, water, groen en gebouwen. Kapitaalgoederen hebben onderhoud nodig, zodat wij een veilig gebruik kunnen waarborgen. Zowel meerjarig groot onderhoud als klein onderhoud. De kosten daarvan en de planning worden vastgelegd in beheerplannen.

Onze uitgangspunten daarbij zijn: het actuele beleidskader, het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, de nota Reserves en Voorzieningen 2021-2024 en de Financiële Verordening 2017 (inclusief afschrijvingstabel). In het kader van het financieel toezicht hecht ook de provincie grote waarde aan actuele beheerplannen. De beheerplannen laten zien of de budgetten de komende jaren voldoende zijn om aan de vastgestelde beleidskaders te voldoen.

In onderstaande tabel zijn de beschikbare beheerplannen weergegeven.

Beheerplannen Vastgesteld Looptijd t/m Herziening in Reserve
Openbare verlichting 2020 2024 2024 Nee
Civiele Kunstwerken 2020 2024 2024 Nee
Groen- en recreatiegebieden 2020 2024 2024 Nee
Speelterreinen 2020 2024 2024 Nee
Wegen 2020 2024 2024 Ja
Programma Stedelijk Water (voorheen GRP) 2017 2022 2022 Ja
Waterhuishouding 2020 2024 2024 Nee
Haven 2018 2023 2023 Ja
Meerjarenonderhoudsplannen gebouwen 2018 2021 2022 Ja
Meerjarenonderhoudsplannen sportaccommodaties 2018 2021 2023 Ja

Openbare verlichting

Terug naar navigatie - Openbare verlichting



Kerncijfers

  • 8.175 armaturen
  • 8.259 lampen
  • 7.983 lichtmasten

Beheer
Naast de gemeente zijn ook andere beheerders verantwoordelijk voor de openbare ruimte met openbare verlichting. Zoals bijvoorbeeld de wegen met verlichting in eigendom van het Waterschap Hollandse Delta. De lichtmasten worden gemiddeld elke vier jaar visueel geïnspecteerd tijdens de lampvervanging. Stabiliteits-/sterktemetingen van lichtmasten vinden plaats wanneer lichtmasten 40 jaar oud zijn. Onveilige situaties, vaak gemeld door burgers en bedrijven, worden veelal direct opgelost. Armaturen hebben een gemiddelde levensverwachting van 25 jaar.

Vooruitblik
De online dienstverlening wordt verbeterd met behulp van nieuwe software. Daarnaast vindt een aanbesteding van een nieuwe raamovereenkomst plaats. In de nieuwe raamovereenkomst wordt rekening gehouden met technische- en wettelijke ontwikkelingen. Op 24 februari 2023 stopt de productie van de conventionele PL-lamp (spaarlamp). Op 1 september 2021 werden namelijk twee EU-verordeningen aangescherpt: de SLR 'Single Lighting Regulation' of Ecodesign regeling en de ‘Restriction of Hazardous Substances’ (RoHS) richtlijn. De SLR beoogt de energie-efficiëntie van verlichting aan te scherpen en zo een duurzamer klimaat af te dwingen. De RoHS bevat voorschriften die het gebruik van gevaarlijke stoffen in elektr(on)ische apparatuur beperken.

PL-lampen hangen met name op plekken waar het licht langdurig moet branden, zoals langs de weg in woonwijken, winkelcentra en op fiets- en voetpaden. De uitfasering van deze lampen betekent dat deze na het verstrijken van de geldigheidsdatum niet meer in Europa op de markt worden gebracht.

Veel van deze oudere lampen zijn al uit het straatbeeld van Ridderkerk verdwenen door de transitie naar ledverlichting. Op plaatsen waar deze oudere lampen met bijbehorende armaturen nog aanwezig zijn, is het mogelijk om zogenaamde retrofit ledlampen te gebruiken. Dan hoeft het armatuur nog niet te worden vervangen. Dit wordt financieel afgewogen tegen een snellere overstap naar compleet nieuwe ledarmaturen.

Budget

Openbare verlichting Begroot
Klein onderhoud 268.300
Groot onderhoud 437.100
Investeringen 280.200
Totaal openbare verlichting 985.600

Civiele kunstwerken

Terug naar navigatie - Civiele kunstwerken

Kerncijfers

  • 66 fiets-/voetbruggen
  • 23 verkeersbruggen/viaducten
  • 144 overige kunstwerken

Beheer
Onder de categorie civiele kunstwerken vallen bruggen, tunnels, viaducten, duikers, damwanden, kademuren, steigers en dijktrappen. Een civiel kunstwerk wordt elke vijf jaar uitgebreid geïnspecteerd volgens de CUR 117 aanbeveling categorie B2 (toestandsinspectie), B5 (herstel advies) en C2 (meerjarenonderhoudsplanning en budgetraming). Houten bruggen en kunstwerken, die meer onderhoud vragen, worden in de tussenliggende periode een aantal keer visueel geschouwd. Op basis van de inspectieresultaten worden de jaarlijkse onderhouds- en vervangingsmaatregelen bepaald. Deze maatregelen kunnen variëren van klein onderhoud tot grootschalige vervangingen.

Vooruitblik
Het klein onderhoud zal zich voornamelijk toespitsen op schoonmaken, conserveren en het repareren van kleine schades. In 2023 wordt het groot onderhoud van het ponton aan De Schans uitgevoerd en wordt het geluidsscherm langs de A15/A16 toegevoegd aan het areaal van de civiele kunstwerken. De voorbereidingen voor het herstel van de damwanden aan de Boelewerf/Werfkade lopen door in 2023. Verwachting is dat deze pas in 2024 definitief kunnen worden hersteld.

Budget

Civiele kunstwerken Begroot
Klein onderhoud 256.800
Groot onderhoud 50.000
Investeringen 8.095.600
Totaal civiele kunstwerken 8.402.400

Openbaar groen, inclusief recreatiegebieden

Terug naar navigatie - Openbaar groen, inclusief recreatiegebieden

Kerncijfers

  • 18.187 bomen
  • 279.388 m2 cultuurbeplanting
  • 1.406.813 m2 gras
  • 7.723 m2 haag
  • 343.544 m2 natuurlijke beplanting

Beheer
De gemeente beheert twee recreatiegebieden, namelijk de Gorzen/Ridderhaven en het Reijerpark. De Grienden zijn in beheer bij het Zuid-Hollands Landschap. De Donckse Velden, het Oosterpark en de Wevershoek zijn in beheer bij het Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde. Het Donckse Bos valt onder de Stichting Het Huys ten Donck. Voor het Waalbos is een beheerovereenkomst afgesloten met Staatsbosbeheer. De surfbocht bij het Waalbos is in beheer van het Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde (NRIJ). Er vindt nog overleg plaats over de toekomst van het NRIJ.

Voorheen werden alleen de grootste stukken onkruid verwijderd uit de plantvakken. Het kwaliteitsniveau (de beeldkwaliteit) was daardoor constant, maar het zag er nooit helemaal schoon uit. Door - zoals nu gebeurt - het onkruid meerdere keren per jaar volledig te verwijderen, wordt nieuwe onkruidgroei sterker geremd. De plantvakken worden tien keer per jaar geschoffeld. Daarbij worden drie keer per jaar alle plantenresten afgevoerd. De andere keren mag de aannemer een gedeelte van het geschoffelde onkruid laten liggen.
De kwaliteit van het bomenbestand wordt bewaakt door middel van boomveiligheidscontrole-onderzoeken. Uit deze 3-jaarlijkse controles volgen de maatregelen die genomen moeten worden om het bomenbestand vitaal en veilig te houden. In sommige gevallen is het nodig om bomen te kappen. In veel gevallen kan worden volstaan met snoeionderhoud.

Vooruitblik
In 2023 zullen met name de acties voortvloeiend uit de Groenvisie bij het uitvoeren van projecten in de wijk zichtbaar worden. Er zal gewerkt worden aan beter groen dat klimaatbestendig is. Meer aandacht voor biodiversiteit en ander onderhoud van gazons. Dit zal in de openbare ruimte zichtbaar zijn aan betere en met name in omvang grotere groeiplaatsen voor bomen, de inrichting qua soort van bomen en de beplanting.

Budget

Openbaar groen Begroot
Onderhoud, incl. groot onderhoud 2.231.500
Totaal openbaar groen 2.231.500

Speelvoorzieningen

Terug naar navigatie - Speelvoorzieningen

Kerncijfers

  • 40.373 m2 kunstmatige valondergrond
  • 175 speelplekken
  • 809 speeltoestellen

Beheer
De gemiddelde levensduur van speeltoestellen is 12 tot 15 jaar. Hierbij is geen rekening gehouden met vandalisme, wel met slijtage door veelvuldig gebruik en speelschade. De speelvoorzieningen worden vervangen aan de hand van een flexibel vervangschema waarbij de budgetten voor vervanging beschikbaar zijn in het theoretische vervangingsjaar. Het moment van werkelijke vervanging van een toestel wordt mede bepaald door de technische staat van het toestel. Geprobeerd wordt om speellocaties zoveel mogelijk in zijn geheel te renoveren. Dit biedt opties om de nieuwe inrichting beter aan te laten sluiten op vraag en gebruik. De werkelijke gebruikers worden zoveel mogelijk bij de nieuwe inrichting betrokken. Door middel van enquêtes waarin de bewoners en in het bijzonder de kinderen hun voorkeur voor speeltoestellen en andere wensen voor de speelplek door kunnen geven. Al deze gegevens worden gebruikt voor het maken van een nieuwe inrichting van de speelplek.

Vooruitblik
De speeltoestellen worden jaarlijks vier keer op veiligheid geïnspecteerd. Aan de hand van de resultaten van de laatste veiligheidsinspectie van het jaar wordt de planning voor 2023 gemaakt. Naast veiligheid kunnen sterk gewijzigde demografische gegevens in een wijk of het einde van de levensduur van de speeltoestellen een aanleiding zijn om een speelplek in de planning voor herinrichting op te nemen. Tijdens de voorbereidingen voor de herinrichting van een speelplek worden de gebruikers en buurtbewoners bij het proces betrokken. Eerst wordt de mogelijkheid geboden ideeën kenbaar te maken. Daarna worden op basis van de meest realistische ideeën twee ontwerpen met speeltoestellen gemaakt. Tenslotte kan iedereen, maar bij voorkeur de kinderen, hieruit een keuze maken. Het ontwerp met de meeste stemmen wordt aangelegd.

Budget

Speelvoorzieningen Begroot
Klein onderhoud 425.500
Groot onderhoud 29.600
Investeringen 539.400
Totaal speelvoorzieningen 994.500

Wegen, fiets- en voetpaden (verhardingen)

Terug naar navigatie - Wegen, fiets- en voetpaden (verhardingen)

Kerncijfers

  • 585.681 m2 asfalt
  • 1.754.869 m2 bestrating
  • 1.109 m goot
  • 20.830 kolken
  • 42.647 m2 overige verharding

Beheer
Naast landelijk geldende uitgangspunten voor onderhoud aan wegen is rekening gehouden met de vastgestelde kwaliteitsniveaus. Voor de periode 2020-2024 is het uitvoeringsprogramma bepaald. Dit gebeurt op basis van de inspectie, onderzoeken, levensduur, uitstraling (kwaliteitsniveau) en binnenstedelijke ontwikkelingen. Bij asfaltwerken dient vertraging van het noodzakelijk onderhoud voorkomen te worden in verband met kapitaalvernietiging. Stellen wij het onderhoud aan het asfalt te lang uit? Dan zijn zwaardere of duurdere maatregelen nodig. Elementenverharding kent geen kapitaalvernietiging. Bij uitstel loopt enkel de beeldkwaliteit terug. Naast groot onderhoud vindt er klein onderhoud plaats. Waar groot onderhoud gericht is op het in goede staat brengen, is klein onderhoud gericht op het in goede staat houden, bijvoorbeeld plaatselijk herstel van verzakte bestrating. Binnen het dagelijks onderhoud worden de gevaarlijke situaties direct verholpen. Waar de veiligheid in het geding is, wordt dus direct onderhoud gepleegd. Dit kan bijvoorbeeld een spoelgat in de weg of losse tegels door boomwortels zijn.

Vooruitblik
In 2023 wordt de verharding van de volgende straten vervangen:  

  • Diverse straten in de Bloemenbuurt
  • Diverse straten in de Rivierenbuurt
  • Markstraat/Dintelstraat
  • Rijksstraatweg tussen de Noldijk en Voorweg
  • Middenmolendijk tussen de Donkerslootweg en Hugo de Groothof 

Groot onderhoud vindt plaats op onder andere de Jhr. Van Karnebeekweg tussen de Mr. Thorbeckestraat en de Burgemeester de Zeeuwstraat, en de Klooslaan tussen de Merodelaan en de Perkstraat.

De kwaliteitsverbetering van de elementenverharding wordt in 2023 voortgezet. De weginspectie, in combinatie met beeldkwaliteitschouw, is daarbij leidend. Verhardingen op het kwaliteitsniveau C en D krijgen prioriteit.

Budget

Wegen Begroot
Klein onderhoud 2.063.800
Groot onderhoud 1.621.300
Investeringen 4.099.000
Saldo van storting en onttrekking reserve -511.900
Totaal wegen 7.272.200
Stand reserve per 1 januari 2023 4.253.000
Storting 1.123.600
Onttrekking -1.635.500
Stand reserve per 31 december 2023 3.741.100

Riolering

Terug naar navigatie - Riolering

Kerncijfers

  • 294 km riolering
  • 50 km drukriolering en persleidingen
  • 22.000 rioolaansluitingen
  • 47 rioolgemalen
  • 119 drukrioleringspompen
  • 2 tunnelgemalen
  • 3 oppervlaktegemalen
  • 9 bergbezinkvoorzieningen
  • 2 bergingsriolen

Beheer
Riolering is van belang voor de volksgezondheid, de kwaliteit van de leefomgeving, de bodem en het grond- en oppervlaktewater. De gemeente is verantwoordelijk voor de inzameling van het stedelijk afvalwater en hemelwater. Daarnaast proberen we eventuele nadelige gevolgen van de grondwaterstand te beperken. Het beleid ten aanzien van het beheer van riolering is verankerd in het Gemeentelijk Rioleringsplan 2018-2022 (GRP), dat in 2017 door de Raad is vastgesteld.
De kosten worden gedekt binnen de rioolheffing. De kosten zijn opgedeeld in twee stromen:

  1. Het beheer- en onderhoud, exploitatiekosten.
  2. Vervangingsinvesteringen, die betrekking hebben op alle onderdelen van de (afval)waterketen.

Eind 2020 is de stresstest wateroverlast opgeleverd. In nieuwe ruimtelijke ontwerpen wordt rekening gehouden met de kwetsbaarheden (wateroverlast) die uit de stresstest naar voren zijn gekomen.

Vooruitblik
In 2023 maken we een start met het vervangen van riolering in de wijken West en Centrum en in de Rivierenbuurt in Bolnes.  In het gebied rondom de Donckselaan koppelen we de openbare verharding van het riool af, waardoor hemelwater direct naar het oppervlaktewater wordt gebracht. De rioleringswerkzaamheden aan de Markstraat en Dintelstraat worden afgerond en de eerste fase van het vervangen van het riool in de Bloemenbuurt wordt voltooid. De afvoerstructuur vanuit de Kerkepolder (omgeving Noordenweg) wordt verbeterd. We gaan verder met de voorbereiding en het ontwerp voor het afkoppelen van verharding in het Centrumgebied (Ridderhof en Jorisplein).

Bij alle rioolvervangingsprojecten proberen we klimaatadaptieve maatregelen zoveel als mogelijk (en indien noodzakelijk) in te bedden. Dit doen we in samenspraak met onze inwoners, ondernemers en woningbouwverenigingen. De gemeente heeft hierbij een stimulerende rol, bijvoorbeeld in het vergroenen van tuinen en het afkoppelen van daken.

Budget

Riolering Begroot
Onderhoud 1.741.600
Investeringen 2.352.300
Totaal riolering 4.093.900

Waterhuishouding

Terug naar navigatie - Waterhuishouding

Kerncijfers

  • 43.021 m natuurlijke oever 
  • 14.148 m natuurvriendelijke oever
  • 27.184 m oeverbeschoeiing 
  • 336.103 m2 watergangen

Beheer
Het waterschap is verantwoordelijk voor de waterkwaliteit en de waterkwantiteit van al het water in de gemeente. Daarbij onderhoudt het waterschap de hoofdwatergangen. Het overige water wordt grotendeels door de gemeente onderhouden. Maar ook Rijkswaterstaat, de provincie, diverse natuurorganisaties en particulieren zijn deels verantwoordelijk voor het onderhoud van sommige watergangen.
Het waterschap controleert of het onderhoud naar behoren wordt uitgevoerd. Zo mogen er bijvoorbeeld niet te veel bagger of waterplanten aanwezig zijn in het water. Het beleid van het waterschap is daarom sterk richtinggevend voor het waterbeheer van de gemeente. Op basis van metingen van de baggeraanwas op de waterbodem bepalen we welke watergangen worden gebaggerd.
Het waterschap baggert zelf de hoofdwatergangen. Is de aanliggende grond van de gemeente, dan zijn wij verplicht deze bagger te ontvangen. De gemeente betaalt dan ook voor het transporteren en afvoer ervan.
Beschoeiingen worden op basis van inspecties vervangen. Daarbij is veiligheid vaak doorslaggevend. Voordat over wordt gegaan tot vervanging wordt onderzocht of het mogelijk is een natuurlijke oever te maken. Dan is geen nieuwe beschoeiing nodig en krijgt de flora en fauna een kans beter tot ontwikkeling te komen.

Vooruitblik
In Ridderkerk zal in 2022 vermoedelijk een aantal watergangen worden gebaggerd, vaak naar aanleiding van de resultaten uit steekproeven en meldingen van inwoners. Het waterschap heeft nog geen inzicht in het baggerwerk. Als gevolg van de PFA- problematiek is het mogelijk dat er slechts beperkt gebaggerd wordt. Dit achterstallig onderhoud moet mogelijk later ingehaald worden. In alle watergangen zal maaionderhoud plaatsvinden. Riet en waterplanten worden zo veel mogelijk verwijderd, vaak zal gefaseerd worden gemaaid of blijven er delen staan. Hierbij is ook extra aandacht voor vislocaties. Door de lange warme zomers zijn er wel vaker problemen bij het (maai)onderhoud en door blauwalg in verband met de hoge watertemperatuur. Op een beperkt aantal locaties zal beschoeiing worden vervangen.

Budget

Waterhuishouding Begroot
Klein onderhoud 374.600
Groot onderhoud 175.600
Investeringen 86.200
Totaal waterhuishouding 636.400

Afvalinzameling

Terug naar navigatie - Afvalinzameling

Kerncijfers
618 verzamelcontainers, waarvan 42 glas, 127 oud papier/karton, 242 GFT en 207 PMD+restafval.

Beheer
In de huidige situatie is het onderhoud, de reiniging en de garantie van de ondergrondse containers geborgd in een onderhoudsovereenkomst van de gemeente met de leverancier. Het betreft in totaal 618 containers voor restafval, papier/karton, gft en glas. De (ondergrondse) container is onderdeel van de openbare ruimte (onroerende goederen) en komt als investering ten laste van de gemeente. De N.V. BAR Afvalbeheer faciliteert de gemeente in de aanschaf, plaatsing en het onderhoud van de ondergrondse containers.

Haven

Terug naar navigatie - Haven

Kerncijfers
De gemeente Ridderkerk bezit een eigen haven aan de rivier De Noord. Twee delen zijn te onderscheiden. Aan de noordzijde een industriehaven met twee watergebonden bedrijven en een
passantensteiger. Aan de zuidzijde een recreatiehaven met twee jachthavens. Behalve de passantensteiger worden de overige delen verhuurd.

Beheer
Binnen het groot onderhoud (reserve) wordt nu nog gerekend met het eens in de vijf jaar baggeren van de haven. Als gevolg van onder andere toename van scheepsbewegingen bij De Noord, onzekerheden over de aanwas van baggerslib en verplaatsing van baggerslib binnen de haven, is er de komende jaren meer behoefte aan monitoring door dieptemetingen. Monitoring is in 2021 gestart. Doelstelling hiervan is het structureel kunnen prognosticeren van de hoeveelheid baggerslib en de baggerfrequentie.

De aanwezige constructies worden incidenteel vervangen. Hier worden geen structurele middelen voor gereserveerd. Indien nodig wordt extra budget aangevraagd.

Vooruitblik
Intentie is om onze eigen haven meer toekomstbesteding te maken. Hiervoor ondernemen we de volgende acties:

  • De huurcontracten worden in 2024 opnieuw bekeken en verlengd waar nodig.
  • Als gevolg van de monitoring wordt een lange termijnplanning voor het baggeren opgesteld.
  • Met de jachthavens worden afspraken gemaakt over de verdeling van de baggerkosten.
  • De eigen meerpalen worden vervangen. Dit doen we in combinatie met de meerpalen van beide jachthavens.
  • Uitbreidingen van voorzieningen voor onze passantensteiger worden onderzocht.

Budget

Haven Begroot
Klein onderhoud 27.200
Saldo van storting en onttrekking reserve 32.700
Totaal haven 59.900
Stand reserve per 1 januari 2023 649.600
Storting 32.700
Onttrekking 0
Stand reserve per 31 december 2023 682.300

Gebouwen

Terug naar navigatie - Gebouwen

In 2018 zijn de meerjarenonderhoudsplannen (MJOP’s) voor alle accommodaties vastgesteld en zijn hiervoor de benodigde financiële reserves op orde gebracht. Het onderhoud wordt conform MJOP uitgevoerd.

Kerncijfers
Op 31 december 2021 had de gemeente 52 accommodaties in eigendom. Dit zijn:

  • Het gemeentehuis en de voormalige gemeentewerf.
  • (Voormalige) onderwijsgebouwen.
  • Binnensportaccommodaties (gymzalen/sporthallen).
  • Sportcomplexen.
  • Peuterspeelzaal en kinderdagverblijven.
  • Wijkcentra.
  • Een rouwcentrum.
  • Enkele bedrijfsruimten.
  • Enkele woningen.

Beheer
In april 2016 is het uitvoeringsprogramma van het Integraal Accommodatieplan Ridderkerk (IAP) vastgesteld. Het IAP is in het voorjaar van 2019 geactualiseerd (AIAP) en vastgesteld door de gemeenteraad Hierin wordt richting gegeven aan de toekomst van verschillende gemeentelijke gebouwen. Voor een groot aantal gemeentelijke gebouwen (waarvoor in het kader van het IAP geen ingrijpende wijzigingen worden voorgesteld) is een Meerjarenonderhoudsplan (MJOP) opgesteld. In het MJOP zijn de kwaliteitscriteria voor de gebouwen die van strategisch belang zijn vastgesteld. De algemene conditie van onze gebouwen is tussen 5 (matig) tot 3 (voldoende).
Op basis van het beleid passen wij duurzaam beheer toe en voldoen we aan de Arbo- en veiligheidsvoorschriften.

Onderwijsgebouwen
Jaarlijks stelt de gemeente een jaarprogramma vast op basis van aanvragen door schoolbesturen. In dit jaarprogramma zijn alle uitbreidingen en nieuwbouw van schoolgebouwen opgenomen, inclusief de financiële consequenties daarvan. De aanvragen voor het jaarprogramma worden getoetst aan Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs Ridderkerk 2021.

Sport- en Welzijnsaccommodaties
Voor een groot aantal gemeentelijke gebouwen (waarvoor in het kader van het IAP geen ingrijpende wijzigingen worden voorgesteld) is een meerjarenonderhoudsprogramma opgesteld.

Rouwcentrum
Bij de begraafplaats Vredehof bevindt zich een rouwcentrum voor rouwbezoeken en uitvaartplechtigheden. Het rouwcentrum wordt gebruikt voor diensten voorafgaande aan een begrafenis op Vredehof en Rusthof, maar ook als wordt gekozen voor crematie of elders begraven is de aula geschikt voor een plechtigheid vooraf.

Vooruitblik

Geen teksten aangeleverd.

Budget

Gemeentelijke gebouwen Begroot
Klein onderhoud 2.238.200
Groot onderhoud 365.100
Investeringen 85.500
Saldo van storting en onttrekking reserve 152.600
Totaal gemeentelijke gebouwen 2.841.400
Stand reserve per 1 januari 2023 2.951.400
Storting 512.100
Onttrekking -359.500
Stand reserve per 31 december 2023 3.104.000
Sportaccommodaties Begroot
Klein onderhoud 1.995.700
Groot onderhoud 318.600
Investeringen 4.523.700
Saldo van storting en onttrekking reserve -59.600
Totaal sportaccommodaties 6.778.400
Stand reserve per 1 januari 2023 1.373.400
Storting 250.000
Onttrekking -309.600
Stand reserve per 31 december 2023 1.313.800
Onderwijsgebouwen Begroot
Onderhoud 2.941.500
Investeringen 10.669.000
Totaal onderwijsgebouwen 13.610.500