In de Financiële verordening gemeente Ridderkerk 2017 is vastgesteld dat tweemaal per jaar een tussenrapportage wordt opgesteld, namelijk over de eerste drie maanden en de tweede over de eerste acht maanden. In een tussenrapportage worden ontwikkelingen die invloed hebben op doelstellingen en budgetten weergegeven en geeft de raad de mogelijkheid haar kaderstellende en controlerende taak uit te voeren. De tussenrapportage is daarmee een verantwoordingsinstrument dat voor de raad tevens een (bij)sturingsmoment kan zijn.
In de 2e Tussenrapportage 2020 worden ontwikkelingen betreffende het begrotingsjaar 2020 met eventuele structurele gevolgen voor 2021-2023 gerapporteerd. De structurele gevolgen worden als verwachte mutaties gepresenteerd en opgenomen in een eerste wijziging op de begroting 2021.
De financiële ontwikkelingen zijn gebaseerd op de realisatiecijfers tot 1 september 2020 en waar van toepassing geëxtrapoleerd naar het hele jaar.
De besluitvorming over de 2e Tussenrapportage 2020 is geagendeerd voor de raadsvergadering van 5 november 2020.
Enkele punten
Gevolgen septembercirculaire
Net als vorig jaar is het saldo van de septembercirculaire verwerkt in deze
tussenrapportage. Het saldo van de circulaire is voor 2020 € 1.287.000 en bestaat uit de bijstelling van de meicirculaire en het saldo van de septembercirculaire, inclusief het corona steunpakket.
Corona
Het coronavirus laat ook in onze gemeente haar sporen achter. In een aparte document ‘Bijlage corona’ bij de tussenrapportage zijn alle reeds bekende extra kosten en minder ontvangsten opgenomen met als peildatum 1 september. In deze bijlage is rekening gehouden met de op dat moment geldende omstandigheden. Aan de hand van de omstandigheden is een doorkijk gemaakt tot aan het einde jaar.
De onzekerheden zijn van die omvang dat er geen inzicht is in nieuwe ontwikkelingen omtrent het coronavirus na 1 september.
Sociaal Domein
De gemeenschappelijke regeling Jeugdhulp Rijnmond Is een grote post in de tussenrapportage. Dit als gevolg van een negatieve jaarrekening 2019 en de eenmalige afrekening van de vlaktakssystematiek. Deze afrekening was eerder opgenomen voor 2021, maar wordt al in 2020 verrekend.